- I ignored it, I rejected it, now I use my body to heal -
Een aantal jaar geleden was het zoeken wat aan beweging en sport nog verantwoord was. Ik had beweging nodig om mij goed te voelen, maar het was dwangmatig en er waren zorgen over mijn gezondheid. Ik liet mij adviseren door mijn huisarts, bij wie ik wekelijks gesprekken had, en begon met yoga. Ik genoot van de beweging die ik kon maken en hoewel ik de eerste lessen erg gericht was op alles zo goed mogelijk te doen, liet ik mij al snel raken door de zachtheid die ik in yoga vond.
Het duurde niet lang toen ik tijdens de ontspanning aan het einde van een les mijn lichaam voelde. Ik voelde mijn benen, mijn bekken, mijn rug op de grond. Ik voelde mijn armen, mijn schouders en achterhoofd. Ik voelde mijn gezicht.
Tranen liepen over mijn wangen. Ik heb een lichaam! En wat heb ik mijn lichaam aangedaan?
Ik werd geraakt door het geduld dat mijn lichaam had gehad met mijn vaak meedogenloze wilskracht en vechtlust die een vorm van zelfzorg waren geweest en nog altijd zijn, maar waar ik ook onder leed. Ik werd geraakt door de ervaring dat mijn lichaam mij zonder verwijt verwelkomde in mijn wens beter voor haar te gaan zorgen en mij tijd gaf haar te leren kennen.
Zelfzorg begon inhoud en betekenis te krijgen toen ik mijn lichaam begon waar te nemen. Soms even. Aanvankelijk voelde ik niks, ik herkende de signalen niet, maar werd nieuwsgierig en voelde mij verantwoordelijk voor de zorg voor wat zo lang afgewezen en verwond was geraakt. Voor wat zo lang niet had mogen en kunnen bestaan.
Met de zorg voor mijzelf, die in de jaren steeds meer ging omvatten dan alleen de zorg voor mijn lijf, kwam ook gevoel voor pijn, voor vermoeidheid, voor de uitputting. Het paste niet in mijn plan en met veel moeite lukte het mij soms nog te luisteren, maar veel vaker keerde ik mijzelf de rug toe en liep hetzelfde pad dat al jaren zo bekend was geweest.
Daar waar ik niet meer in staat was de zorg voor mijzelf te dragen had ik vrienden en behandelaren die de zorg tijdelijk van mij overnamen. Die liefdevol en geduldig mij bleven aanmoedigen, taken voor mij deden of met mij droegen dat het een dag niet was gelukt. Van mij vroeg het ontvankelijk te zijn voor de hulp en ondersteuning. Van mijn naasten vroeg het draagkracht, creativiteit en vertrouwen dat ik, zodra het kon, het zelf weer zou doen, samen.
Vanmorgen liep ik hard in het bos. Tijdens het hardlopen moest ik er aan denken. Aan de zelfzorg en aan de zorg. Dat ze beide nodig zijn.
Terwijl ik de hoek omrende zag ik haar, de uil, die elke dag op dezelfde plek verscholen zit in een boom. Ik had haar lang niet gezien. Ze spreidde haar vleugels en vloog een paar meters voor mij, tot ze niet meer zichtbaar was.
En ik dacht… zorg komt overal vandaan!